Ben ik een oude zak aan het worden of neemt de kwaliteit van het winkelpersoneel tegenwoordig zo sterk af dat je soms de neiging krijgt weg te lopen of te gaan schelden? Afgelopen woensdag, mijn pappadag. Ik vertrek met jonge dochter de stad in om boodschappen te halen en wat andere dingetjes in diverse winkels. Hier een korte samenvatting van mijn relaas:
Winkel 1: een drogisterij
Met drie artikelen in mijn mandje loop ik naar de kassa waar ik meteen als eerste aan de beurt ben. Tenminste als je de beveiligingsbeambten bij de deur niet meerekent. Ik zet mijn mandje op de toonbank en wacht tot de cassière de moeite neemt af te rekenen. Helaas is het diepgaande gesprek tussen haar en de twee boys van de bewaking over wie dit weekend wie heeft gezoend veel belangrijker. Zonder me aan te kijken leegt ze verveeld mijn mandje, ondertussen heftig door discussierend met haar boys. Als het mandje leeg is, leg ik maar wat geld op de toonbank, want wat het totaalbedrag is wordt me niet duidelijk. Nog steeds zonder enig oogcontact wordt het wisselgeld op de toonbank neergesmeten, niet een lettergreep missend van het smeuïge verhaal van haar collega's. Mijn woorden "nog een fijne dag" hebben geen enkele impact en ik sta weer buiten.
Winkel 2: een dvd-winkel
Op zoek naar een leuk cadeau voor een kennis scan ik in korte tijd de '3 voor de prijs van 2' bakken. Dat is op zichzelf altijd een helse klus, want verder dan 1 leuke film kom ik zelden. Maar dit keer zit het mee en een paar minuten later sta ik met een stapeltje van drie bij de kassa. Daarachter staat een jonge vent, verwilderd haar, rode oogjes van de avond ervoor met een mobieltje stevig aan het oor gedrukt. Ik zie dat hij me heeft opgemerkt, want verveeld tilt hij zijn rechterwijsvinger een paar millimeter omhoog, ten teken dat mijn verschijning zijn netvlies heeft gepasseerd. Zijn gesprek aan de telefoon is beëindigd, maar voordat ik iets heb kunnen zeggen heeft hij een nieuw gesprek opgestart en loopt weg van de toonbank naar achter in de winkel. Daar sta ik dan. 1 minuut, 3 minuten, 5 minuten. Wachten. Pissed off raken. Zijn telefoongesprek is blijkbaar erg belangrijk, een wachtende klant niet. Na nog een paar minuten te hebben gewacht leg ik mijn stapeltje maar op de toonbank en verlaat ik hoofdschuddend de winkel. Op naar de laatste beproeving.
Winkel 3: de supermarkt
Met boodschappenlijst in de hand werk ik snel alle schappen af. Mijn mandje puilt weer eens uit als ik in de rij sta voor de kassa met de brede doorgang. Als ik mijn portemonnee open doe zitten daar twee groene waardebonnen, van een actie die op dat moment loopt in deze winkel. Bij elke 10 euro aan boodschappen krijg je een actiekaartje, waarop je direct prijzen kan winnen. Ik had bij de ingang reeds gevraagd aan een vakkenvullende jongen waar ik die kaartjes moet inleveren, en de mompelende woorden "bij de kassa" kon ik ontcijferen. Dus ik leg de twee kaartjes neer, die kunnen worden ingewisseld voor een Mona -toetje en een reep chocolade. "U heeft deze twee producten niet meegenomen", bijt de caissière me toe, als de band leeg is. "Sorry?" probeer ik. "U moet wel die gratis producten zelf opzoeken in de winkel en meenemen naar de kassa natuurlijk. Hoe denkt u anders dat u ze kunt meenemen." Ik ren de winkel in om die twee zaken op te sporen, een huilende dochter achterlatend bij de kassa. Als ik weer terug ben, word ik als een crimineel aangestaard door de lange rij achter me en de bitch bij de kassa. Ik probeer nog uit te leggen dat haar collega in de winkel mij dit niet had duidelijk gemaakt, maar het heeft geen zin. De bitch bij de kassa verscheurt de kaartjes en zonder een "tot ziens" wordt de volgende klant afgewerkt. "Wat een leuke actie toch", denk ik als ik uiteindelijk weer buiten sta. Tijd om van supermarkt te wisselen.
Een ochtendje de stad in is een ware beproeving geworden. Klantvriendelijkheid, behulpzaamheid, kennis van zaken en allerlei andere commerciële deugden zijn zelden meer te vinden en dan alleen nog bij de kleinere winkels. De filialen van de grote ketens zijn een ware verschrikking. Het lijkt alsof al het goede personeel wat er was is al lang is doorgestroomd naar andere (betere) banen. Of ben ik een oude zak aan het worden?